Verwarm de oven voor op 180 graden.
Vet een bakblik met een afmeting van 23x33 cm in met boter. En bekleed het bakblik met bakpapier. Zorg dat dit aan twee zijden een beetje over het bakblik heen hangt. Dit zorgt dat je de koek uiteindelijk makkelijk uit de vorm tilt.
Doe de bloem, bakpoeder, havermout en basterdsuiker samen in een kom. Voeg ook het zout toe.
Voeg de boter in kleine blokjes toe, en kneed dit met je handen door. Doe dit tot je een kruimeldeeg hebt.
Voeg de gemalen kokos toe, en meng dit goed door elkaar.
Haal ongeveer 1/5 van het deeg (circa 150 gram) uit de kom, en doe dit in een aparte kom. Dit houd je apart voor de kruimellaag.
Meng nu de eieren door het resterende deeg.
Verdeel het deeg nu over het bakblik. Druk aan met de achterkant van een lepel.
Doe ondertussen de bramen in een kom. Als het grote bramen zijn kan je ze in kleinere stukjes snijden. Doe hier de limoenrasp doorheen, en meng het geheel.
Verdeel vervolgens de bramen ook over het bakblik.
Nu voeg je ook de kruimellaag toe, Als laatste verdeel je ook het amandelschaafsel over het bakblik.
Bak het geheel ongeveer 60 minuten. Als de bovenkant goudbruin is, en een satéprikker er schoon uit komt is het klaar.
Laat het geheel even afkoelen. Vervolgens til je de koek uit de vorm en snij je deze in stukken. Nu kan je de koek serveren.